Frietjes zijn hét Belgische nationale gerecht bij uitstek. Toch doen ook niet-Belgen er hun ding mee. Zo opende de Zeeuws-Vlaamse culinaire legende Sergio Herman in Brussel een nieuw Frites Atelier, een kruising tussen gastronomie en het traditionele Belgische gerecht.
Begin maart opende Frites Atelier - het frietconcept van Hollandse sterrenchef Sergio Hermans – zijn deuren in Brussel. Frites Atelier vestigde zich eerder al in de Nederlandse steden Den Haag, Utrecht en Arnhem en kwam daarna naar Antwerpen en Gent. Een Nederlandse kok, die een typisch Belgisch gerecht klaarmaakt: het is een gewaagde keuze. Zeker omdat Herman als Nederlander in Brussel veel minder bekend is dan in Vlaanderen.
De Nederlandse kok drukt al enkele jaren zijn stempel op onze Belgische keuken. De drempel om in Vlaanderen restaurants – en bij uitbreiding ook frietkoten – te openen lag in dat geval een pak lager. Maar de situatie in de Belgische hoofdstad is nét iets anders. Brussel is een meertalige stad – met Frans (en Arabisch) als dominante talen en ligt in het centrum van Europa. De stad is een knooppunt van de Europese en internationale politiek en trekt massa’s toeristen en expats aan. Het Frans van Sergio Herman is om het omfloerst uit te drukken basic. In Brussel is de Zeeuw quasi onbekend. Hier een authentiek Belgisch gerecht aan de man proberen te krijgen lijkt wel Nederlandse hoogmoed. “Dat lijkt inderdaad zo,” zegt hij. “Maar die keuze heb ik niet impulsief gemaakt.”
Mijn hart ligt in België
“Mijn hart ligt meer in België dan in Nederland,” zegt hij. “Het was even wennen toen ik mijn eerste keten opende in Antwerpen, maar uiteindelijk drukte ik mijn stempel op Vlaanderen.” Herman groeide op in het Zeeuws-Vlaamse Sluis, op enkele kilometers van de Belgische grens. Daar hadden zijn ouders het restaurant Oud Sluis. Hij studeerde aan de hotelschool in Brugge en stak regelmatig de grens over om bij zijn ouders te gaan eten. Al snel werd de chef een vaste waarde in het Vlaamse culinaire landschap én in tal van culinaire tv-programma’s.
Think local
Sergio Herman koos voor zijn nieuwe Frites Atelier bewust voor een ligging in hartje Brussel. “Die mix van café’s, restaurants en toeristische attracties trekt me aan,” zegt hij. “De vis koop ik bij mijn overbuur, mijn vlees haal ik bij de slager om de hoek. Ik werk nauw samen met lokale handelaars. Verse producten zijn zeer belangrijk. Ik woon(de) 15 jaar in België. Mijn hart ligt meer in België dan Nederland. Voel me oprecht meer Belg dan Hollander, tenzij de Nederlanders voetbal spelen”.
Nooit te veel frietjes
Van Sergio Hermans frietrestaurant gaan we de straat op in Antwerpen, waar we aan een aantal mensen vragen welke rol frietjes spelen in hun leven. Want elke Belg heeft wel zijn of haar mening over hoe hij graag zijn of haar frietjes eet: ongeschild of geschild, dik of dun gesneden. Met satékruiden of toch maar traditionele mayonaise. Studente Hanane EL Kaddouri, frietuitbater Tae-Yoon Michielsens en Jeroen Cuvelier hebben allemaal één ding gemeen. Ze kunnen zich geen leven inbeelden zonder frietjes en eten het op z’n minst een keer per week. “Ik ben niet bezig met gezond eten en kan echt genieten van frietjes,” bekent Hanane. Frietuitbater Tae-Yoon vindt een keer per week dan weer meer dan hij zou willen consumeren.
En wat vinden de liefhebbers van de term french fries? VolgensTae-Yoon weten buitenlanders vaak niet beter en ook Hanane ziet niet in waarom ze zich daar iets van zou aantrekken. Hoe frietjes heten voor anderen of in het buitenland is niet iets waar ze wakker van ligt. Voor Jeroen is het ook niet zo belangrijk, maar hij vindt het wel jammer dan buitenlanders denken dat frietjes een Franse oorsprong hebben.
Dit artikel werd gepubliceerd door NewsMonkey.be op 29/03/2019