(PIDMAG) Sociale media zijn alomtegenwoordig. Geen morzel grond van het maatschappelijke leven blijft onontgonnen. Maar welke rol spelen sociale media op de arbeidsmarkt?
Uit onderzoek tussen december 2011 en januari 2012 bij tweehonderd HR-managers van Robert Half Belgium, een internationale speler op het gebied van rekrutering, blijkt dat het nogal meevalt. De hausse van de sociale media heeft in geen geval de traditionele rekruteringskanalen verjaagd. Integendeel, bijna een op drie van de HR-managers geeft aan helemaal geen gebruik te maken van sociale media bij de rekrutering. Bovendien vindt acht op tien het geen bekwaam aanwervingsinstrument. HR-managers die deze media toch gebruiken, doen het voornamelijk voor het zoeken naar en het screenen van mogelijke kandidaten. Ze beschouwen sociale media als een van de mogelijke manieren om geschikte kandidaten op te sporen. Maar het klassieke cv zal volgens hen niet meteen verdwijnen.
Jonas Soenens, een van de vennoten van headhuntersbureau Schelstraete & Desmedt, gaat een stap verder. Hij kan netwerksites zoals LinkedIn nog moeilijk wegdenken in zijn dagelijkse werkpraktijk. "Een vijfde van de kandidaten vinden we op die manier. Aangezien wij zoeken naar kader- en directieleden en dat voornamelijk iets oudere mensen zijn, veronderstel ik dat het percentage bij bureaus die zich ook op jonge starters richten zelfs nog iets hoger ligt."
Soenens benadrukt wel dat LinkedIn en aanverwanten enkel nuttig zijn voor het detecteren van interessante profielen. "Na de detectiefase proberen we toch zo snel mogelijk over te gaan tot een telefoongesprek, en indien interessant ook face-to-face-contact. Enkel zo kunnen we echt te weten komen welk vlees we in de kuip hebben."
Zoekende
Geerlinde Pevenage, conversation starter bij social mediabureau Talking Heads, stelt vast dat Vlaanderen achterop hinkt en dat veel bedrijven nog zoekende zijn. "In de eerste plaats kloppen ze bij ons aan om sociale media in te zetten voor marketingdoeleinden. Wij proberen dan meteen duidelijk te maken dat werken met de sociale media een inspanning moet zijn van de hele organisatie, dus ook bij de rekrutering." Bij Talking Heads geloven ze niet dat sociale media de klassieke kanalen van tafel zullen vegen. "De grote uitdaging is om die media op een slimme manier af te stemmen op de andere rekruteringskanalen."
Pevenage heeft ervaren dat het bij bedrijven vaak hard werken is om de trein van de sociale media op de juiste rails te krijgen. "Bedrijven gebruiken ze voornamelijk om profielen van kandidaten te screenen. Maar vervolgens schakelen ze nog altijd een headhuntersbureau in, dat dan bij ons aanklopt. Het zijn dus nog vooral HR-bedrijven die momenteel aan het experimenteren zijn." Veel bedrijven willen ook te snel gaan. Pevenage: "Het heeft geen zin om je vacature op je Facebook-fanpagina te zetten, als je maar twintig fans hebt."
Solliciteren
En de overheid? Hoewel de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB) al sinds 2007 een Facebook-account heeft, is projectleider Social Media Veerle Torrekens pas nu bezig aan het actieplan E-wijs. Hiermee wil de organisatie een veilige omgeving creëren waarbinnen de eigen consulenten in de toekomst sociale media kunnen integreren in hun werkroutine. Ondertussen is VDAB ook aanwezig op Twitter, LinkedIn en Pinterest, en geeft de dienst workshops aan werkzoekenden over het gebruik van sociale media in het sollicitatieproces.
Zijn sociale media ondertussen een gangbaar hulpmiddel voor werkzoekenden in hun zoektocht naar werk geworden? Wie goed voorbereid is, maakt vaak een betere indruk tijdens een sollicitatiegesprek. Veel informatie over een bedrijf vind je vandaag op fanpagina's, company pages of twitter accounts. Naast feitelijke info komen sollicitanten bijvoorbeeld ook te weten wie voor het bedrijf werkt en wat de algemene omgangsvormen zijn. Zo is het mogelijk om als werkzoekende je mogelijk toekomstige werkgever grondig te screenen, om desnoods vast te stellen dat het bedrijf en de functie in kwestie misschien toch niet zo op je lijf geschreven zijn.
Stoute schoenen
Maar er zit meer in dan je denkt. Gregory Ruelens is 27 jaar en sinds november 2012 aan de slag bij Mplus-group, een bedrijf dat telefonie en mobiele internetdiensten voor smartphones en tablets aanbiedt. Als doorgewinterd gebruiker van de sociale media was het voor hem vanzelfsprekend om die media in te schakelen toen hij solliciteerde voor de functie van social-mediaspecialist. Toch stuurde ook hij eerst een klassieke sollicitatiebrief met een cv.
Na tien dagen oorverdovende stilte van Mplus-group, trok hij zijn stoute schoenen aan. Een persoonlijke tweet naar CEO Stijn Vander Plaetse bracht alles in een stroomversnelling. Ruelens werd een dag later uitgenodigd voor een persoonlijk gesprek en kon anderhalve week later starten. Vander Plaetse zal het niet snel vergeten: "Ik was meteen onder de indruk. Iemand die gewoon zegt: 'Ik ben de man die je zoekt'. Toen had ik bij wijze van spreken geen cv meer nodig."
Ondertussen is Ruelens ingewerkt en bedient hij de knoppen van de sociale media van Mplus-group. Een snelle blik op de website leert dat het bedrijf momenteel vier openstaande vacatures heeft. "Aangezien Mplus zelf nog niet zo lang bezig is en ik net ingewerkt ben, zijn we nog volop bezig om te bekijken hoe we de verschillende sociale media kunnen gebruiken voor de rekrutering. Daarnaast maak ik er momenteel werk van om onze medewerkers te overtuigen om online tamtam te maken", zegt Ruelens. "Ik ben in ieder geval enorm blij dat ik betaald word om de hele dag op sociale media te zitten. Ik raad iedereen die een job zoekt aan om creatief te zijn met sociale media."
© 2013 – StampMedia - Lander Kennis, Illustratie: Renée Van Zadelhoff & Lien Teblick
Dit artikel verscheen eerst in PIDMAG, het magazine van StampMedia op 27/03/2013
Dit artikel werd gepubliceerd door Knack - online op 02/04/2013
Dit artikel werd gepubliceerd door Pienternet.be op 02/04/2013
Dit artikel werd gepubliceerd door Jongerenplaneet.be op 02/04/2013
Dit artikel werd gepubliceerd door Allesoverjeugd.be op 02/04/2013
Dit artikel werd gepubliceerd door Belg.be op 04/04/2013