In Tessenderlo wordt het kapelletje van Mathilde Cox op de Baalberg opnieuw opengesteld voor het publiek. Het kapelletje in ‘het bos van de zeven beuken’ was jarenlang niet te bezoeken omdat de eigenaar dat niet toestond. Zijn erfgenamen willen daar verandering in brengen en wandelaars het bos laten herontdekken, onder andere door geo-caching, een soort online schattenzoektocht.
Op een elf hectare groot grondgebied in Tessenderlo staan zeven beuken in een kring. In het midden staat sinds eind negentiende eeuw een wit kapelletje te pronken. Dat is het kapelletje van Mathilde Cox. Maar wie deze bouwvrouw is, blijft een groot mysterie. In de bevolkingsregisters van Tessenderlo is tussen 1870 en 1930 geen enkele vrouw met die naam terug te vinden. Ook voor de huidige eigenaars van het domein blijft Mathilde Cox een raadsel. Naast Mathilde Cox is ook het kapelletje zelf in geen enkel register terug te vinden. Tessenderlo mag dan wel 52 officiële kapellen tellen, van dit kapelletje is geen spoor terug te vinden.
Het grondgebied in de doodlopende Baalbergstraat behoort toe aan de familie Van Oost. Het ligt achter het huis dat Suzanne Van Oost samen met haar man Raymond Camps bouwde. Vandaag woont hier hun dochter met haar gezin. Driehonderd meter achter de bosrand, aan de linkerkant, doemen de zeven beuken en het kapelletje op. Suzanne en Raymond onderhouden het bos sinds jaar en dag. “Tweemaal per week kom ik hier wandelen met het hondje van mijn dochter. Mijn eerste stop is bij het bankje bij de zeven beuken en de kapel. Daar zeg ik telkens vijf Weesgegroetjes”, zo vertelt Raymond. Ook voorziet hij het kapelletje elk jaar in mei van een nieuw likje verf.
In het midden van de kring van de zeven uit de kluiten gewassen beuken staat het kapelletje met daarin een beeldje van Onze-Lieve-Vrouw Maria. In al die tijd werd het kapelletje tweemaal vernield door onbekende vandalen. De laatste keer was zo’n twintig jaar geleden. Daardoor moest de familie Camps op zoek naar een nieuw beeldje voor in de kapel.
Raymond, die ook vrijwilliger is bij sociale vereniging ’t Loois Hulphuis, stuitte op het huidige beeldje van de Heilige Maagd. Dat gebeurde toen hij het huis van Julia Blarinckx leegmaakte, die naar het rusthuis verhuisde. Mevrouw Blarinckx schonk het beeldje met veel plezier aan dit mooie stukje Tessenderlo, want ook zij had mooie herinneringen aan de plek. Raymond Camps: “Op voorwaarde dat ik haar elk jaar tot aan het kapelletje breng, mocht ik het beeldje meenemen. Dat doe ik dan ook nog steeds met heel veel plezier.” Om opnieuw vandalisme te voorkomen, stak Raymond vijf ijzeren staven door de kapel om zo het beeldje te beschermen.
In de schors van elk van de zeven beuken zijn nog veel sporen van namen en initialen te zien die er jaren geleden zijn ingekerfd. Door de groei van de bomen zijn die niet meer volledig leesbaar. Het valt dus moeilijk te achterhalen wie de verliefde koppeltjes waren die hier vroeger stiekem afspraken. De Geelsebaan in Tessenderlo was vroeger een gewone aardeweg. Die leidde als vanzelf naar het bos en de zeven beuken. Van natuurgebied Gerhagen was toen in de gemeente nog geen sprake, dat werd pas na de Tweede Wereldoorlog aangelegd. Daardoor werd het bos achter Baalberg een trekpleister voor alle Looienaars. “Ook de gekerfde namen wijzen er op dat dit een plek was die leefde en betekenis had voor het dorpsvolk”, zegt Raymond.
Broeder Max (Victor van Meerbeeck) was een Vlaams kunstschilder die toetrad tot de Broeders van Liefde in Gent. Nadien werd hij leraar op het Technisch Heilig Hart Instituut en lid van Kunstkring Tessenderlo. Zo werd hij een toonaangevend iemand in het dorp. Hij wijdde zelfs een schilderij aan het kapelletje en de zeven beuken. Op het schilderij zijn drie van de zeven beuken en het kapelletje te zien, nog voor een van de vernielingen. Het schilderij is nu in het bezit van Suzanne Van Oost en Raymond Camps.
Geschiedenis
Oorspronkelijk behoorde de grond toe aan François Mertens, een apotheker uit Mol. In Tessenderlo en omstreken stond hij beter bekend als ‘Sus Vergif’. De voormalig apotheker overleed in 1993 en de grond kwam zo in handen van een heleboel erfgenamen, onder wie Suzanne Van Oost, van wie hij de nonkel was.
De reden dat zo weinig mensen deze plek kennen, komt door François Mertens die geen al te grote voorstander was van onbekenden op zijn terrein. Hij hing dan ook borden op met de dreigende woorden ‘Hier liggen wolfijzers en schietgeweren’. Het schrok toevallige wandelaars af en het plekje werd in alle stilte vergeten.
Ook al hangen de verbods- en privé-eigendomborden nog altijd aan het begin van het bos, de familie Camps wil maar al te graag dat het bos terug ontdekt wordt door wandelaars. Een wandeling door dit unieke stukje ‘Looi’ brengt je naar de bossen van Schoot en Laakdal, om terug te eindigen in Tessenderlo aan de alomgekende boerderij ‘Bertels’ op de Groenpoort. Na een kleine klim omhoog komen wandelaars terug op het punt waar het ook begon: de zeven beuken en het kapelletje.
Geocaching
Het bos van de zeven beuken staat ook op de lijst met geocach-plekken. Geocaching is een schatzoektocht waarbij op basis van GPS-coördinaten een ‘cache’ (verstopplaats) gezocht wordt. Deze cache kan zich overal ter wereld bevinden. Een app bepaalt aan de hand van je locatie naar wat je op zoek gaat. Geocaching is dus een sportieve en ludieke manier om nieuwe verborgen plekken te ontdekken.
Wandelaars die de cache in het bos van de zeven beuken ontdekten, zijn online lovend over de mooie plekken die het bos te bieden heeft en raden de plek zeker aan.
Of het mysterie rond bouwvrouw Mathilde Cox ooit opgelost geraakt, blijft een raadsel. De huidige eigenaars ontvangen wandelaars alvast met open armen, in tegenstelling tot vroeger. Het bos van de zeven beuken met het kleine witte kapelletje is in elk geval een mooi voorbeeld van de vele verborgen parels die Tessenderlo te bieden heeft.
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Belang van Limburg op 19/12/2018
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Nieuwsblad op 19/12/2018