Steeds minder Vlaamse tieners worden mama. Dat blijkt uit het nieuwste rapport van het Studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie (SPE). Zij publiceren jaarlijks een rapport met daarin de meest opvallende trends in geboorte en bevalling in Vlaanderen. In 2007 kregen 1395 meisjes onder de 20 jaar een kind, in 2016 waren dat er nog maar 791.
2007 was een piekjaar wat tienermoeders betreft en sindsdien is er wel wat veranderd. Een verschil van 604 tienermoeders op negen jaar tijd, dat is best opvallend. Zou het iets te maken hebben met series als Teen Mom? Zijn tieners zich meer bewust van wat het betekent om moeder te worden? Dat kunnen we met de cijfers uit dit rapport niet zeggen. Wat wel heel belangrijk is, is dat de aandacht voor tienermoeders niet vermindert nu de cijfers dalen.
Zo zegt FARA, een organisatie die jonge zwangere vrouwen begeleidt, dat het gevaar bestaat dat tienermoederschap weer taboe wordt. En hoe minder erover iets gesproken wordt, hoe minder informatieverspreiding er is. Ook als tienermoeders een steeds kleinere groep worden, is het dus belangrijk dat ze zichtbaar blijven.
Niet alleen zijn er minder tienermoeders, er zijn ook steeds meer oudere moeders. In 2007 was maar 1% van de moeders ouder dan 40 toen ze een kind kregen. In 2017 vormden zij al 1,6% van de moeders. De gemiddelde leeftijd van moeders stijgt ook langzaam maar zeker: van 28 jaar in 2007 naar 28,9 jaar in 2016. Dat is dus een trend die doorzet. Vlaamse vrouwen worden steeds later moeder.
791 tienermoeders klinkt misschien nog als een groot getal, maar eigenlijk is maar 1,2 procent van de vrouwen die een kind krijgen jonger dan 20. Moeders die een kind krijgen als ze tussen de 25 en 29 jaar oud zijn, zijn de grootste groep (43,7%). Tienermoeders zijn dus een kleine groep, maar dat maakt het niet minder belangrijk om over hen te spreken.
Zelf lezen wat er veranderd is afgelopen jaar? Lees het volledige rapport!
