© Koan Declerq

Wat op zondag 4 mei een bekerfinale tussen Anderlecht en Club Brugge moest zijn, eindigde in een nachtmerrie voor de Brusselse moslimgemeenschap. In Molenbeek vielen Brugse hooligans doelgericht allochtonen aan, met racistische en islamofobe intenties. De situatie escaleerde snel in brutale straatgevechten, waarbij onschuldige supporters het slachtoffer werden. Eén man werd voor dood achtergelaten.

“Waar zitten die moslims hier? We komen jullie vermoorden”, klonk het bij de Brugse supporters. Woorden schieten tekort om te beschrijven hoe boos dit me maakt. Het is niet zomaar een uit de hand gelopen frustratie, en de voetbalwedstrijd heeft hier absoluut niets mee te maken. We moeten benoemen wat het is: islamofobie.

Mensen geven vaak de ‘multiculturele samenleving’ de schuld wanneer er rellen ontstaan, alsof de schuldigen vanzelf uit Molenbeek of een andere ‘probleemwijk’ komen. Maar deze keer waren het juist de witte supporters van Club Brugge, te herkennen aan hun logo’s en liederen, die massaal vernieling zaaiden, mensen uitscholden en aanvielen.

“Willekeurig”

Wat nog pijnlijker is, is de stilte waarmee dit soort gebeurtenissen vaak beantwoord wordt. Of erger nog, hoe ze gerelativeerd worden. “Hooligans van Club slaan op straat willekeurig mensen in elkaar”, klonk het op HLN. Willekeurig? Er was niets willekeurigs aan deze aanvallen. De hooligans waren doelbewust op zoek naar mensen van kleur, en al zeker naar moslims.

Een vrouw met een hoofddoek wordt automatisch als onderdrukt beschouwd, jongeren met een islamitische achtergrond vinden moeilijker werk, en ondanks het tekort in het onderwijs wordt het dragen van een hijab niet toegestaan, en zo kan deze lijst eindeloos doorgaan

Ondanks dat deze extreme gebeurtenissen niet dagelijks voorkomen, is islamofobie in België wel dagelijkse realiteit. En angstaanjagend genoeg is het ook diep genormaliseerd in het Westen.

Kijk bijvoorbeeld naar het recente voorval met Remco Evenepoel. De bekende wielrenner vertelde onlangs dat hij rust vindt in de islam, iets wat in principe niemand iets zou moeten aangaan. Toch kreeg Evenepoel meteen een storm van commentaar over zich heen.

En dat gevoel beperkt zich niet tot de sport. Het is constante onderhuidse discriminatie: een vrouw met een hoofddoek wordt automatisch als onderdrukt beschouwd, jongeren met een islamitische achtergrond vinden moeilijker werk, en ondanks het tekort in het onderwijs wordt het dragen van een hijab niet toegestaan. En zo kan deze lijst eindeloos doorgaan.

Stop met zwijgen

We moeten niet blijven doen alsof dit allemaal uit de lucht komt vallen. De media, de politiek en de samenleving hebben jarenlang te weinig gedaan om dit probleem aan te pakken. Campagnes tegen racisme blijven vaak oppervlakkig, en daders worden zelden echt ter verantwoording geroepen. Wie zijn stem durft te verheffen, wordt vaak weggezet als overgevoelig.

 

Het is tijd dat de samenleving leert wat islam werkelijk betekent: vrede, liefde en compassie

Het is tijd dat we stoppen met zwijgen. Het is tijd dat de politiek niet alleen reageert wanneer het electoraal iets oplevert, maar echt inzet op educatie, op ontmoeting, op begrip. Het is tijd dat de samenleving leert wat islam werkelijk betekent: vrede, liefde en compassie. Zoals de Koran zegt in soera Al-Hoedjoeraat, vers 13: “Wij hebben jullie tot volkeren en stammen gemaakt opdat jullie elkaar zouden leren kennen.” Het is hoog tijd dat we dat ook echt gaan doen.


Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 13/05/2025.

vorige volgende