Hoeveel noodkreten rond mentale gezondheid moeten er nog klinken? Hoeveel jongeren laten we nog psychische klachten ontwikkelen? Hoeveel zelfdodingen zullen we nog negeren? Dat vragen vijf studenten orthopedagogie zich af in deze open brief.
Uit het SIGMA onderzoek van KU Leuven blijkt dat één op de vijf jongeren tussen twaalf en zestien jaar al kampt met matig tot ernstige psychische klachten. Die cijfers zijn zorgwekkend. Leerlingen in het secundair zijn kwetsbaar en bevinden zich in een cruciale fase in hun ontwikkeling. Tot op vandaag is er nog altijd niet voldoende ondersteuning voor hen om zich optimaal in hun vel te voelen. Wij smeken om meer aandacht te besteden aan die noodkreten.
In 2020 ondernamen 15- tot 19-jarigen het vaakst een zelfmoordpoging. Zelfdoding is in Vlaanderen de belangrijkste doodsoorzaak bij deze leeftijdsgroep. Dat blijkt uit een onderzoek van Zelfmoordlijn 1813. Vooraleer jongeren een zelfmoordpoging ondernemen, kampen ze met mentale moeilijkheden. Daar wordt te weinig aandacht aan besteed. Doorheen de jaren zijn al verschillende stappen gezet en acties ondernomen, maar dat blijkt nog te weinig om de hoge cijfers te doen dalen. We kunnen als maatschappij veel stappen vooruit zetten als we focussen op ondersteuning in het onderwijs. Jongeren brengen veel tijd door op school, en dat is belangrijk voor hun ontwikkeling. Er moet meer ingezet worden op het mentaal welzijn van de leerlingen. Maar waar blijft die hulp en inzet?
“Volgens Zelfmoordlijn is zelfdoding de belangrijkste doodsoorzaak bij 15- tot 19-jarigen in Vlaanderen”
De voorbije maanden bevroegen wij leerkrachten en leerlingen uit het secundair onderwijs via een online vragenlijst, om te ontdekken op welke problemen onze maatschappij nog steeds botst. We kregen zo’n negentigtal antwoorden. Uit die enquêtes blijkt dat leerkrachten te weinig tijd hebben om met de mentale moeilijkheden die leerlingen ervaren aan de slag te gaan en daarin te investeren. Zorgleerkrachten zijn al aanwezig binnen het secundair onderwijs, maar zijn overbevraagd en niet altijd beschikbaar. Leerlingen geven aan dat ze niet altijd weten waar ze terecht kunnen met hun bezorgdheden. Uit onze enquête bleek dat meer dan de helft niet naar het CLB durft te stappen. Dat blijkt dus niet laagdrempelig genoeg.
Als oplossing halen zowel leerkrachten als leerlingbegeleiders aan dat ze het een meerwaarde zouden vinden mochten er experten op vaste momenten op school aanwezig zijn. Denk aan schoolpsychologen, die zijn namelijk wel al beschikbaar in het hoger onderwijs. Waarom zijn ze dan nog niet werkzaam in de middelbare scholen?
De Vlaamse overheid organiseert veel bijscholingen. We zouden denken dat die een oplossing kunnen bieden om handvaten aan te reiken. Maar de prioritaire bijscholingen zijn vooral gericht op de inhoud van de lessen en ook hier valt het thema mentale gezondheid uit de boot. In de enquête van de leerkrachten merkten we dat de bijscholingen rond mentaal welzijn nauwelijks gevolgd worden. Men ziet de nood aan ondersteuning, maar waarom gaat men er dan niet actief mee aan de slag? Zowel de bevraagde leerkrachten als de leerlingen geven aan dat de handvaten rond dit thema beperkt zijn. Het tekort aan de juiste tools om de leerlingen te helpen is een cruciale factor waar nog niet aan gewerkt wordt.
“Schoolpsychologen zijn aanwezig in het hoger onderwijs. Waarom nog niet in de middelbare scholen?”
Leerkrachten hebben dus de juiste tools nodig om signalen te herkennen en ermee aan de slag te gaan. Zo kunnen ze hun beperkte tijd efficiënt invullen. Vak- en zorgleerkrachten zouden een doorverwijzing naar het CLB vervolgens beter kunnen kaderen en ondersteunen, waardoor dat mogelijk de drempel verlaagt. Zo niet verwachten we weinig verbetering op vlak van het mentale welzijn van leerlingen in het secundair onderwijs. Laten we samen bouwen aan een betere mentale gezondheid voor onze jongeren!
Freya De Peuter, Femke De Vos, Kato Jacobs, Eve Amelinckx en Nassima Dahri, studenten orthopedagogie aan de Karel De Grote-hogeschool in Antwerpen.