© Jan Darthet

Op 26 mei zijn het Parlementsverkiezingen. Castor en Marlon, twee Nederlanders die in België wonen, spreken met acht millennial-kandidaten voor de Europese verkiezingen, die allemaal hun eigen visie hebben op de toekomst van de EU. Vandaag leest u het interview Oona Wyns van sp.a.

De Vlaamse sociaaldemocratische partij sp.a heeft één afgevaardigde in het Europees Parlement. Haar leden zetten in op een menselijke en toekomstbestendige EU. Wij spreken aan de vooravond van de Europese Parlementsverkiezingen met Bredenes gemeenteraadslid en nummer drie Oona Wyns (21), de jongste kandidaat op de hele Europese lijst.

 

 

Zo jong en toch al op de Europese lijst. Hoe is dat mogelijk?

‘Ik was ook al kandidaat voor de sp.a in Bredene bij de afgelopen gemeenteraadsverkiezingen. Ik ben er ongeremd en zonder verwachtingen aan begonnen. Toen ik verkozen raakte, heeft John (Crombez, partijvoorzitter sp.a red.) me vrij snel gevraagd of ik ook op de lijst voor de Europese verkiezingen wilde staan.’

‘Voor mij is dat een grote uitdaging, omdat het de enige lijst is waarbij je in geheel Vlaanderen verkiesbaar bent. Ik ben al lang internationaal actief met de Jonge Socialisten en de Young European Socialists, want ik heb ook een passie voor Europa. Het is een grote eer voor mij. Die derde plaats had ik nooit verwacht.’

Hoe ben je op de derde plaats terechtgekomen?

‘Het was eigenlijk de eerste keer dat ik de lijstvorming van zo dichtbij meemaakte. Ik ben 21 hé! Heel veel inspraak had ik niet, maar ze hebben uiteraard wel gevraagd of ik het eens was met die derde plaats.’

‘De lijstvorming is een moeilijk parcours, omdat je met iedereen rekening moet houden. Het is bij ons bijvoorbeeld verplicht om in de top drie van je lijst een kandidaat te hebben die nog nooit in het parlement heeft gezeten.’

Hoe schat je je kansen in?

(lacht) ‘Welke kansen? Onze partij heeft momenteel één zetel. De ambitie is om twee zetels te halen, maar de kans dat we drie zetels halen is quasi-onbestaand. Wel spreek ik natuurlijk een ander netwerk aan dan Kathleen van Brempt en Jan Cornillie, de eerste twee kandidaten op de lijst.’

Ligt de focus in jouw campagne op de Europese verkiezingen?

‘Niet helemaal. Ik focus sterk op West-Vlaanderen, omdat ik daar met de sp.a huisbezoeken doe voor de Vlaamse en federale lijst. Het is moeilijk om jezelf Europees te promoten, omdat het een lijst is die vaak vergeten wordt. Dat gebeurt niet alleen in de media, maar ook binnen de partijen. Daarnaast heeft de bevolking vaak niet echt een idee op wie ze moeten stemmen voor het Europees Parlement. Het feit dat ik de jongste kandidaat ben op alle Europese lijsten is wel een eenvoudige invalshoek om mensen te bereiken.’

Toch een bepaalde campagnestrategie dus.

‘Ik wil de Europese politiek graag naar menselijke taal vertalen, waarin de moeilijke systemen van de EU uitgelegd worden in makkelijke woorden. Wordt mijn campagne baanbrekend? Ik denk het niet. Wel probeer ik duidelijk te maken dat het belangrijk is om te stemmen voor de Europese verkiezingen. Dit zijn misschien wel de belangrijkste verkiezingen die Europa ooit gekend heeft.’

‘Wij zijn het kotsbeu dat politici de hele tijd ruziemaken over besluiten, terwijl jongeren het over onderwerpen als het klimaat snel eens kunnen worden.’

Waarom vind je het zo belangrijk om jongeren te betrekken bij de EU?

‘Voor veel mensen is de EU nog altijd zo’n rigide instelling van oude mannen in pakken die ongelofelijk lang doen over het nemen van beslissingen. De gemiddelde leeftijd is 57 jaar: twee keer mijn leeftijd plus 15. Dat is natuurlijk absurd, want daar wordt wel beslist over de toekomst van jongeren. Geen enkele partijen behalve sp.a en Groen vindt bijvoorbeeld dat er een EU-brede klimaatwet nodig is. Misschien is het tijd voor wat jeugdig enthousiasme?’

Is het niet moeilijk om jongeren enthousiast te maken voor de EU?

‘Dat is ontzettend moeilijk. Er bestaat niet zoiets als één stem van de jongeren. Ook jongeren hebben het recht om op elke partij in het spectrum te stemmen, maar vandaag is de stem van onze generatie ondervertegenwoordigd. Wij zijn het kotsbeu dat politici de hele tijd ruzie maken over besluiten, terwijl ik denk dat jongeren het over onderwerpen als het klimaat vrij snel eens kunnen worden.’

Jij zet je in voor LGBTQ+-rechten, zorgzekerheid en klimaat. Zijn dit ook Europese speerpunten?

‘Zeker. In veel Europese landen is er een ruk naar rechts, waardoor meer eurosceptici opkomen. Als gevolg daarvan komen de LGBTQ+-rechten onder druk te staan. Voor ons zijn die rechten vanzelfsprekend, maar dat is in lang niet alle Europese landen het geval. Ik ben geboren in 1997 en opgegroeid in een tijd waarin we kunnen trouwen met wie we willen. Dat komt omdat we in een verenigd Europa leven.’

‘Zorgzekerheid en klimaat zijn ook belangrijke thema’s, maar ik merk dat die moeilijk te vertalen zijn naar Europees niveau. We hebben de kindgarantie bedacht, waarmee we de kinderarmoede in Europa willen bestrijden.’

Wat houdt die kindgarantie in?

‘Wij vinden dat elk kind in de EU dat in armoede dreigt te vallen toegang moet krijgen tot gratis onderwijs en goede voeding, om ervoor te zorgen dat zijn of haar kansen niet beperkt worden. Deze kindgarantie moet niet per lidstaat ingevoerd worden, maar via een Europees budget.’

Je zegt dat Europese besluiten traag zijn en vaak genomen worden door oude mannen. Welke zaken moeten dan veranderd worden om meer democratisch vertrouwen te krijgen?

‘De EU mag niet alleen staan voor het economische, financiële en het trage, maar moet over de mensen gaan. Er moet een EU zijn waarin de sociale pijler belangrijker is. Daarom zetten wij ons zo in voor de bestrijding van armoede en klimaatverandering.’

‘De impact van bepaalde Europese stemmingen moet meer aandacht krijgen. Ik moet meteen denken aan het Europees verbod op wegwerpplastic, omdat ik aan de zee woon en ik daar elke dag mensen afval zie rapen op het strand.’

‘Moeten we dan het hele systeem veranderen? Dat weet ik niet. Wel denk ik dat transnationale lijsten een goed idee zijn. Mensen krijgen zo meer voeling met het Europees Parlement.’

Ligt de oplossing voor migratie uit niet-EU-landen bij de EU?

‘Daar zijn wij heel duidelijk in: de EU moet met een verenigd verhaal komen. Het kan niet zo zijn dat een lidstaat een muur bouwt om zijn nationale grenzen en de migratie door anderen laat oplossen. Wij zijn dan ook voor een aanpassing van het Dublin-verdrag (verdrag uit 1990 van de toenmalige EU waarin bepaald werd wie verantwoordelijk is voor asielverzoeken, red.). Het feit dat je in het Europese land van aankomst asiel moet aanvragen is verouderd. Landen als Spanje, Portugal, Italië en Griekenland kunnen al die aanvragen niet verwerken. Daarnaast mag het taalgebruik in veel media en bij sommige rechtse partijen veranderen. Woorden als overstroming beïnvloeden de beeldvorming over migratie.’

De Brexit heeft intussen zijn eindfase bereikt. Begrijp je het allemaal nog?

‘Ik doe hard mijn best, maar ik erger me ook flink. Met de jonge kandidaten voor de Europese verkiezingen hebben we de ludieke actie ‘Share your bed with a Brit’ gedaan om de Brexit-problematiek aan te kaarten. Uiteindelijk vormden juist de jongeren de remain-generatie. Daarom ben ik voorstander van een tweede referendum. Mensen hebben nu pas door wat het allemaal inhoudt.’

‘Voor de geloofwaardigheid van de EU is al dat uitstellen van de Brexit niet goed. Veel mensen krijgen het gevoel dat EU alleen maar geld kost en dat het nemen van Europese beslissingen extreem lang duurt. Daar hebben ze natuurlijk gelijk in, maar we moeten oppassen dat we geen gevaarlijk precedent scheppen.’

Wat bedoel je met een gevaarlijk precedent? Dat het onmogelijk wordt voor een land om de EU te verlaten?

‘Bij een te goede deal kunnen landen als Hongarije het gevoel krijgen dat de lasten van de EU niet nodig zijn om samen te werken in Europa. Daarom moeten we gaan nadenken over hoe de anti-EU-tendensen zijn ontstaan. Migratie is daarin een belangrijk thema. Voor mij ligt de oplossing in de EU, maar we moeten niet vergeten naar de bevolking te luisteren en ze goed te informeren.’

Jouw lijstrekker, Kathleen van Brempt, heeft onlangs gestemd voor een resolutie waarin een Europees scorebord werd voorgesteld. Dit scorebord moet de staat van de democratie en de burgerlijke vrijheid in de lidstaten beoordelen. Kun je daar wat uitleg over geven?

‘Via zo’n scorebord kunnen we blijven hameren op de waarden van de EU. Het kan niet zo zijn dat je in de EU-mensenrechten schendt. Naast dit scorebord zijn we voor de oprichting van een commissaris voor de mensenrechten. De EU is iets vanzelfsprekends, maar we moeten blijven waken dat de vreedzame samenleving die de EU heeft verwezenlijkt ongeschonden blijft.’

Jagen jullie lidstaten niet weg met dit soort plannen?

‘Een lidstaat moet aan alle rechten en plichten van de EU voldoen. Als je bijvoorbeeld vindt dat je niet mag trouwen met wie je wil, dan hoor je niet thuis in de EU. Dat is ook een van de redenen waarom Turkije nog geen deel uitmaakt van de Unie. We moeten extra streng zijn voor lidstaten, zoals Hongarije, die achteruitgaan in hun beleid. De EU moet haar lat hoger leggen in plaats van lager.’

vorige volgende