De tienjarige Ilias Degryse uit Lillo heeft het wereldrecord moonwalken verbroken. De teller klopte af op maar liefst twee uur, tweeëndertig minuten en vijf seconden. Daarmee verbreekt hij het bestaande record met een minuut en vijftien seconden (2 uur, 30 minuten en 50 seconden). Ilias hoopt met zijn prestatie het boek Guinness World Records te halen.
Toen Ilias de filmpjes op de website van Guinness World Records bekeek, wist hij meteen dat hij ook een record wilde verbreken. “Mijn mama liet me een dvd zien van Michael Jackson. Ik was onder de indruk van zijn ‘moonwalk’ (de dansbeweging die dankzij Jackson wereldberoemd werd, red.) en wilde dat ook kunnen. Ik zag dat het eigenlijk heel simpel is en ben beginnen oefenen.”
Ilias deed de moonwalk in het kader van een schoolopdracht. Hij moet gespreid over een periode van twee maanden een project verwezenlijken. “Sommige leerlingen bouwen bijvoorbeeld een bed. Ik koos ervoor te moonwalken.” En zo maakte Ilias een filmpje waarin hij zijn moonwalk-skills toont. De euforie van zijn prestatie drong pas echter twee dagen later door. “Ik had veel pijn in mijn enkels. Pas toen ik maandag terug naar school ging, besefte ik dat ik een record heb verbroken.”
Voorlopig geen vermelding
Toch krijgt Ilias voorlopig geen vermelding in het Guinness World Records-boek. Hij wilde zijn prestatie gepubliceerd krijgen voor de deadline van de schoolopdracht, die binnen enkele weken valt. Maar voor een spoedprocedure vraagt Guinness World Records een bijdrage van 820 euro. Daarom bekijken Ilias en zijn ouders nu of hij via een normale procedure toch in het beroemde boek terecht kan komen.
Een domper op de feestvreugde, maar Ilias begrijpt het wel en is trots op zichzelf. “Ik heb een paar kinderen van mijn klas het moonwalken aangeleerd en ze kunnen het nu supergoed.” Hij geeft aan dat zonder zijn supporters hij het record nooit had kunnen verbreken. “Mijn mama, papa, grote en kleine broer, plusmama, mijn zus, oma en opa, meter en neefje hebben me allemaal heel goed gesteund.”
Dit artikel werd gepubliceerd door Het Nieuwsblad op 03/06/2022.
Dit artikel werd gepubliceerd door Gazet van Antwerpen op 03/06/2022.