Op 17 maart gaf kinder- en jeugdschrijver Geert De Kockere een lezing in de bibliotheek van Lille. Dat gebeurde in het kader van de jaarlijkse jeugdboekenweek die loopt van 15 tot 29 maart. Kinderen kunnen dit jaar hun gedachten de vrije loop laten want het thema is niets minder dan ‘fantasie’.
Gedachten versus gedichten
“Ik ben een schrijver, want ik schrijf alles op.” Zo begon De Kockere zijn lezing voor de leerlingen van het vijfde leerjaar uit Gierle. De Kockere vervolgde zijn verhaal door uit te leggen wat gedichten voor hem juist zijn. “Gedichten zijn … gedachten die heel dicht bij mekaar staan. En die schrijf ik het liefst! Vroeger hield ik niet van lezen. Ongetwijfeld doen enkelen onder jullie dat ook niet. Ik beleefde veel liever zelf avonturen door buiten te spelen. Ik schrijf dus gedichten om jullie een verhaal te vertellen, zonder dat jullie er al te veel tijd in hoeven te steken om het te lezen.”
Rijmen en dichten zonder uw gat op te lichten
Gedichten schrijven blijkt geheel niet hetzelfde te zijn als rijmpjes verzinnen. Achter rijmpjes moet een idee zitten. Je moet weten waarover je wilt vertellen als je een gedicht schrijft. Ideeën vergelijkt De Kockere met een doos eieren, waarin ieder ei anders is. Er zijn hardgekookte en zachtgekookte eieren, er zijn struisvogeleieren en er zijn kwarteleieren. Zoals de eieren verschillen, zo verschillen ook de ideeën. De Kockere benadrukte het belang van het lezen tussen de regels door. Lezen is één ding, maar lezen wat er niet staat is zeker zo belangrijk.
Kerngedachte
“Er was eens een man in 1621. Deze man heette Joost van den Vondel. Hij schreef gedichten. Van den Vondel won zelfs een grote gedichtenwedstrijd met het kortste gedicht dat ooit geschreven werd. Het gedicht bestond uit twee woorden, waarvan twee letters dezelfde waren: ‘U nu’. Daarmee wilde van den Vondel doodgewoon en heel duidelijk zeggen dat hij verlangde naar zijn geliefde en dat hij wou dat ze bij hem was. Het gedicht is zo simpel dat het makkelijk lijkt om het zelf te schrijven, maar dat is het niet. Van den Vondel wist heel goed wat hij wou schrijven en elimineerde de overbodige woorden, tot enkel de kerngedachte overbleef.”
Fantasie(loos)
Het thema van de jeugdboekenweek is fantasie. Maar De Kockere vond het hebben van fantasie geen must. “Fantasierijke kinderen hebben geen streepje voor op kinderen zonder fantasie. Kinderen zonder fantasie zijn misschien meer begaan met het realistische of met het encyclopedische en dat is minstens even nuttig. Men zou fantasie niet mogen opdringen. Het is een karaktertrek die je hebt of die je niet hebt.” Bij een te sterk gevoel voor fantasie kunnen de dingen immers ook uit de hand lopen. “Hebben seriemoordenaars een te grote fantasie? Misschien wel. Misschien leidt die fantasie tot het plegen van misdaden?”
De Jeugdboekenweek loopt van 15 tot 29 maart 2009.
Meer info op http://www.jeugdboekenweek.be/
© 2009 – StampMedia – Darah Bertels
Dit artikel werd gepubliceerd door Gazet van Antwerpen - online op 18/03/2009