Een gewone dinsdagochtend. Ik ben ontspannen onderweg naar mijn taken van de dag. De vogels fluiten. Plotseling wordt me rakelings de pas, of het wiel, afgesneden. Het is een voorbijzoevende speedpedelec, een gekend fenomeen. Ik voel me net een geknipte kip op de fiets. Ik zie eruit als de andere vogels, maar toch lukt het me niet om te vliegen.
Zonder volwaardige vleugels, of een motortje op de fiets, komen mijn medekippen en ik met onze klassieke fietsen niet eens in de buurt van de lawaaierige zwaluwen die ons met salto’s en flitsende manoeuvres voorbijvliegen. Vanop de metaforische grond, of de trage rechterkant van het fietspad, kijken wij met lede ogen toe hoe de andere vogels hun dag met een snelle start beginnen.
Ik vraag het me vaak af: waarom die nood om alles en iedereen voorbij te zoeven? Is het niet gezelliger als alle vogels naast elkaar kwetterend kunnen kuieren? Vandaag de dag gaat alles zo snel, iedereen moet meteen van alles op de hoogte zijn. En steeds maar weer die volgeplande dagen en jaren. Ik heb soms het gevoel dat het leven aan ons voorbijvliegt aan de snelheid van het licht.
Het is nochtans zo slecht nog niet op de grond, waar we nog kunnen genieten van het uitzicht. Vergeten we als groep niet al te vaak om even gewoon stil te staan? Om het even te laten bezinken, om te genieten van al het mooie om ons heen? We hebben al zo veel bereikt, waarom dan nog steeds die haast? Volgens mij hebben we af en toe allemaal nood aan een pauze, een rustmoment, waarop je elkaar kan aankijken en kunt zeggen: mooi hè, alles. En eender welke dag biedt daarvoor een geschikt moment. Zo bekeken heeft het iets rustgevends om de ochtendspits te bewonderen vanop een veilige afstand op mijn trage fiets.
Het leven is niet enkel aan de rappen, houd ik mezelf dus voor. Maar soms ontsnap ik er zelf ook niet aan. De verleiding om met zo’n snelle nieuwe speedpedelec deel te nemen aan het flitsende leven is groot. Want al is de samenhorigheid van de grondkippen sterk, wanneer we samen een pauze nemen en de anderen laten gaan, als zwaluw iedereen achter je laten geeft nu eenmaal een heerlijk vrij gevoel.