Zopas kroop actrice Antje De Boeck in de huid van barvrouw Matti Le Franc in de voorstelling Vrijstaat Moresnet. In het decor van het historische Moresnet deelde ze levenswijsheden en zong ze als nooit tevoren. Hoewel ze bij het grote publiek vooral bekend is als Nette uit de film Daens, is ze ook actief gebleven in het theater. Tijd voor een terugblik op haar carrière én een vooruitblik naar nieuw werk.
We spreken Antje De Boeck in café Regina, het oudste café van Zelzate. Ondanks het vroege uur gaan er al heel wat pinten over de toog en wordt er flink gerookt. De sfeer doet denken aan hotel Bergerhof, dat het personage van De Boeck uitbaat in de theatervoorstelling Vrijstaat Moresnet. De actrice beaamt dat. “Dit café ademt de sfeer uit van honderd jaar geleden en net zoals in Moresnet vind je hier alle lagen van de bevolking. Het is hier kleurrijk. Matti Le Franc, mijn personage in de voorstelling, gaat als barvrouw ook met alle lagen van de bevolking om en stelt zich open voor de meest mogelijke en onmogelijke situaties. Daardoor word je vanzelf wijs. Die eigenschap van Matti herken ik trouwens in mezelf. In mijn vak moet je het leven opslorpen om het te kunnen teruggeven. Ik moet situaties, hoe irrationeel of wreed ook, proberen aan te gaan en te doorgronden. It’s part of the game.”
“Gek genoeg valt de eenzaamheid die ik momenteel ervaar wel samen met mijn rol”, gaat De Boeck verder. Haar echtgenoot overleed begin 2024. “Die gevoelens kende ik dus al uit mijn eigen leven en kon ik makkelijk oproepen, al had ik liever meer op de rol gestudeerd. Nu ben ik thuis mijn klankbord kwijt, wat het eenzaam maakt om naar een productie toe te werken. Maar wat mij overkomt, wil ik teruggeven aan de mensen, omdat ik honderd procent zeker weet dat zij hetzelfde meemaken en dat mijn casus niet uniek is.”
Waardevolle leermeesters
“Mijn ouders waren wetenschappers, zij waren veel rationeler. Ik ben dus niet opgevoed met theater. In mijn jeugd waren mijn broers beduidend knapper in wiskunde en wetenschappen. Thuis was ik meer het huppelend, stuurloos konijn. Ik kwam voor het eerst in aanraking met theater tijdens mijn studie Latijn-Grieks. Die Griekse mythen en sagen brengen ons weg van ons normale leven, naar een hele andere wereld. Een verhaal kan dingen oproepen die je nooit zal en nooit wil meemaken, maar toch wil je jezelf daarin verliezen. Toen wist ik: dat wil ik kunnen, ik wil het theater in. Mijn ouders zeiden dat ik eerst iets anders moest doen, maar na twaalf jaar op een stoel zitten, was ik het zitten beu. Ik kon me er niets bij voorstellen om naar een universiteit te gaan en daar weer een paar jaar te zitten. Het gaat niet, dacht ik, na die twaalf jaar. Uiteindelijk gingen ze akkoord en mocht ik naar het conservatorium. Daar heb ik een goede scholing gehad, met zeer goede leerkrachten. Zij hebben mij de kracht van de taal en van het zwijgen aangeleerd. Ik heb op korte tijd veel geleerd, en achteraf bekeken zijn het heel kernachtige dingen die multi-inzetbaar zijn in mijn persoonlijk leven en beroepsleven. Dat zijn mijn meest dierbare herinneringen. Het zijn eigenlijk geen herinneringen, want ik val er elke dag op terug.”
“Thuis was ik meer het huppelend, stuurloos konijn”
“Mijn studententijd is kort geweest. Ik ben niet gebuisd op het conservatorium, maar ik ben na een jaar in overleg weggegaan. Het rare was dat ik werd opgevist door de leerkrachten en dat ze me onmiddellijk in dragende rollen plaatsten. Dat vond ik verwarrend en dat heeft me kwaad gemaakt, omdat ik absoluut niet zelfzeker meer was. Ik werd onmiddellijk voor de leeuwen gegooid, want ik stond onervaren op een podium met een publiek dat veel verwachtte. Ik had toen het idee dat ik niet aan die verwachtingen kon voldoen en ik voelde me heel onbeschermd daardoor.
Gelukkig had ik waardevolle leermeesters. Ze waren zich bewust van het feit dat het een rare situatie was, dus ik werd goed omringd. Toen ik met Lucas Vandervost samenwerkte, vroeg ik me af waarom hij geen enkele kritiek had. Op een ochtend tijdens een repetitie, zei ik: ‘Lucas, ik ben ten einde raad, je zegt niks tegen mij.’ Ik dacht dat er niks te zeggen viel omdat het nergens op trok. ‘Antje’, zei hij, ‘je bent een gevoelige en intelligente actrice.’ Ik wist niet wat hij daarmee bedoelde. Ondertussen weet ik dat wel. Ik ben een toeschouwer en een observeerder, waardoor ik mijn plek zoek in het geheel. Acteren doe je niet alleen, er bestaat ook geen hoofd- en bijrol. Het verhaal is zo sterk als zijn zwakste schakel, dus je vertelt het samen, ook met het publiek. Het publiek vertelt bijna mee, in mijn ervaring. Ik wil het publiek een dieper bewustzijn teruggeven. Ik speel niet voor mezelf – dat doen alleen slechte acteurs. Een publiek mag lastig zijn. Zij betalen, ik word betaald. Een slecht publiek bestaat dus niet, er bestaat alleen een slechte speler.”
Zorgzaamheid
“Er is niets zo leerrijk als met getalenteerde mensen werken, de anderen moet je eigenlijk vermijden. Ik voel het als iemand te veel met zichzelf bezig is, dan kan je niks creëren dat waardevol genoeg is om te delen. Dat is iets wat ik zie veranderen in de theaterwereld: de teloorgang van vakmanschap. Onderwijs is zó belangrijk. Als een leerling niet slaagt, dan heeft de scholing het zogezegd gedaan. Dat is niet waar. Nu willen mensen niet meer dat je zegt dat iets slecht is. Dat is nu not done, maar we moeten dat benoemen. Het laatste wat je wil, is slecht zijn in je vak, toch?”
“Leg je ziel niet bloot om erop getrapt te worden”
“Het is de mindset in deze wereld: mensen het gevoel geven dat het er allemaal niet toe doet. Onze beleidsmakers, de grote heren die nu de wereldgeschiedenis schrijven, geven het allerslechtste voorbeeld: God noch gebod. Alles mag en alles kan. Ik hou mijn hart vast, want dat is wat nu aan de jonge mensen wordt meegegeven. Het is nooit de schuld van de jeugd, zij zijn het product van hun voorgangers. We moeten zorgzaam zijn voor de mensen om ons heen. Niet: ik doe mijn goesting. Trump, Elon Musk en Netanyahu, die doen hun goesting. Daar moeten we mee uitkijken.
Waarom vindt iedereen zichzelf ook zo belangrijk? Leg je ziel niet bloot om erop getrapt te worden. Voor mij ben je een persoon die voor mij zit. Je bent iemand die ik in het beste geval kan lezen, en zo niet, dan maak je mij nieuwsgierig. Daar begint zorgzaamheid al. Het zit in alles: theater, taal, de maatschappij, literatuur, zelfs in kwaadheid. Kwaad zijn op je kind, is zorgzaam zijn en bescherming bieden. Vroeger zeiden ze: zie wat ge zegt. Daar zit waarheid in. Zien. Zie en ken het effect van wat je zegt. Een woord staat niet op zich, het wordt uitgesproken en hangt hier dan. Door na te denken over de impact van je woorden, vermijd je veel kwetsuren. Nu, op latere leeftijd, merk ik dat ik die raad vaak geef. Nogmaals, ik ben een toeschouwer. Door echt te kijken naar wie een persoon is en waartegen hij vecht, kan je veel eenvoudiger helpen.”
“Zie en ken het effect van wat je zegt”
Konijnenkeuteltjes
"Ik weet niet wat de toekomst brengt, maar ik laat het allemaal op mij af komen. Ze vragen mij, en dan zie ik wat of hoe. Ambitie vind ik een groot woord. Het is niet zo dat ik zeg ‘ik moet en ik zal’. Het moet vooral goed zijn – daar is weer die zorgzaamheid. Van mijn dierbare regisseur Frank Van Passel ligt er ook weer een film in afwerking waar ik een schakeltje in de ketting ben (In het najaar van 2025 komt Foley Man uit, red.). Samen met de juiste mensen kan ik van een konijnenkeuteltje een diamant maken. Daar concentreer ik mij altijd op: hoe we met zijn allen van die keuteltjes diamantjes kunnen maken, zodat we ne schone collier hebben.”